24 Sep 10. Op zoek naar experts in het stellen van performance-oriented Goals! (Deel 2)
Vorig verhaal ging over performance-oriented goals, de tegenpool van mastery-oriented goals, die we eerder bespraken. En de aanpak bij performance-oriented goals bleek nou niet onverdeeld gelukkig uit te pakken, zo bleek uit onderzoek.
Zijn performance-oriented goals dan slecht? En moeten we die dan maar vermijden?
Allerminst! Maarrr… There is a price to pay. Afgezien van de spanning en de stress die het oplevert, zit er nog een stevige keerzijde aan de aanpak; of eigenlijk twee…
De eerste: Je hebt altijd een ander nodig, en bent in zekere zin afhankelijk: “Zeg je ziet me toch wel hè”. Waar je bij mastery geen publiek nodig hebt (je bent immers je eigen publiek), zo ben je bij performance afhankelijk van ‘de zaal’ om succes te hebben. De leraar, de docent, je leidinggevende, misschien je ouders; zij zijn het publiek en geven het cijfer. En zij bepalen of je succesvol bent geweest. Niet jij. Die afhankelijkheid is inherent aan performance-oriented goals, en is vaak de ‘prijs voor de roem’ die je betaalt.
En een tweede keerzijde noem ik maar het ‘there’s-always-a-bigger-fish-syndrome’. Performance-oriented goals waarin je laat zien wat je kan, vragen bijna altijd naar meer. De kick van het succesvol zijn. Maar die kick lijkt onbegrensd. Er is altijd wel de nog grotere, duurdere, opvallender ‘wat-het-ook-is’, die we vervolgens willen scoren. Nog nauwelijks bekomen van de prestatie, is er altijd wel een ander, die het net even beter doet, weet, maakt, scoort. The Bigger-Fish’. En ja, wat zijn we verzot op rangordes, lijstjes en topscores waarin die Bigger-Fish telkens bovenaan prijkt…
Zijn performance-oriented goals verkeerd? Nee, zeker niet. Sterker nog, we kunnen in onze maatschappij nauwelijks zonder. Zonder cijferlijsten, toelatingsexamens, titels. Die hebben op zich een doel. Je kan moeilijk aan de student in opleiding tot arts, jurist, advocaat, notaris, docent, automonteur, gasfitter vragen wat-ie zelf van zijn of haar prestaties vindt. Een toets, een examen, zijn essentieel voor een maatschappij om adequaat te kunnen functioneren. En ook een leidinggevende kan targets, KPI’s en deadlines stellen om de klus te klaren die noodzakelijk zijn voor het voortbestaan van de onderneming.
Maar moet het altijd? En overal? En in die mate?
Het kan ook anders. Maar dat is een kunst. Een kunst die we wat verleerd zijn in ons enthousiasme: De kunst van jezelf optimaal motiveren.
Waarin zit dan die kunst? De kunst zit erin, dat je beide benaderingen, mastery en performance adequaat weet af te wisselen. De ambachtsvrouw die plezier heeft in de uitdaging om een ranke stoel te maken: het juiste hout, het perfecte frezen (mastery), even los van de vraag of het ooit verkoopt (performance). De advocaat die geniet van zijn of haar pleidooi, de glansrijke opbouw (mastery), even los van de uitkomsten van de rechtszaak (performance). De wetenschapper die geniet van een theoretisch model en van een fraaie opzet van onderzoek om de veronderstellingen te toetsen (mastery), even los van de vraag of het wel of niet als artikel gepubliceerd moet worden (performance). De kunstenaar <link> die na dagen werken, uitproberen, wegvegen van het schilderij, uiteindelijk zijn verontwaardiging op het canvas weet te krijgen over een bombardement op een Spaans stadje (mastery), en zich niet afvraagt of het de Wereldtentoonstelling van 1937 in Parijs zal halen en als aanklacht geëxposeerd zal worden (performance).
Het één en het ander. De kunst van het afwisselen. De kunst van het Motiveren.
Is dat makkelijk? Nee, dat is niet makkelijk.
Waar hadden we het ook alweer over? Motivatie. Jezelf kunnen Motiveren. Wie dacht dat dat makkelijk was, komt helaas bedrogen uit…
Maar gelukkig zijn er slimmigheidjes, handigheidjes, kunstgrepen.
Volgende keer meer daarover, wanneer we beginnen met wat eerste inzichten over Coping.